Wist Erik van den Doel (39) vorige week zijn beroerde onderlinge score tegen Van Wely enigszins bij te stellen, ook tegen leeftijdgenoot Sipke Ernst staat hij zwaar in de min viel me op, en dat terwijl hij in het grootste gedeelte van de periode vanaf de dag dat ze voor 't eerst speelden (1992), zijn rating meestal iets hoger is geweest dan die van Ernst. Toen ze vorige week in de 6e ronde weer eens tegen elkaar aantraden, was het duidelijk dat Van den Doel (met 3.5) een beter toernooi draaide dan Ernst (slechts 1.5).

(Ernst - Van den Doel, 6e ronde NK, 7 juli 2018)

Met zwart aan zet in deze stelling kon Ernst hier op ieder moment op beide flanken een loper om de hoek verwachten, na 29.-La4! 30.Tdc1 Lh4! wordt zijn stelling behoorlijk onder vuur genomen. 29.- Lh4?! Geeft wit de mogelijkheid 30.b5! Ld7 31.Dd4 f6 32.Dxd5+ Dxd5 33.Txd5. Eindspel met de beste kansen voor wit. 30.Tf1?! La4 31.Pd4 a6 32.b5!? Gaat er voor. Het paard gaat zo naar f5. 32.-axb5 33.Pf5! Lc2! 34.Dxb5 Lxf2+ 35.Txf2 Pxf2 36.Db2! Dreigt mat. Misschien had zwart beter nu met 36.-Pxh3! nog een pion kunnen pakken. 36.-f6 37.Kxf2! De toren pakken of toch het sterke paard?!. 37.-Lxb1?! Beter 37.-Lxf5 38.gxf5 Dd7!, wit kan f5 niet dekken. 38.Dxb1 Dc6 39.Ld4 Dc2+?! 40.Dxc2 Txc2+ 41.Kg3 Zwart heeft in tijdnood een paar steekjes laten vallen. 41.-Txg2+?! Maar of die nodig was?! Zwart loopt nu in de komende fase voortdurend op dun ijs. 42.Kxg2 Ta8 43.Pe7+ Kf7 44.Pxd5 Txa3 45.Lxb6 Tb3 46.Ld4 Tb5 47.Pf4 Ta5 48.Ph5 Tb5 49.Kf3 Ta5 50.Pg3 Ta2 51.Pe4 Kg6 52.h4 Tc2 53.Kf4 Tc1 54.Pg3 Td1 55.Kf3 Tb1 56.Pe2 Tf1+ 57.Kg2 Tb1 58.Pf4+ Kf7 59.h5 Tb5 60.Kf3 Ta5 61.Pg6 Tb5 62.Ph4 Ta5 63.Pf5 Ta3 64.Kf4 Ta2 65.e4 Te2 66.Kf3 Zwart kan nu zijn remisekansen behouden met 65.-Ta4!, dan lijkt de poging 67.e5?! fxe5 68.Kxe5 wit na 68.-g6! te weinig te bieden. 65.-Te2? 66.Kf3! Te1 67.Kf2! Want 67.-Txe4 68.Pd6+, mooi geprofiteerd dat de koning op f7 staat, volgens Ernst vlak na afloop had dat voor zwart h7 moeten zijn. 67.-Th1 68.e5! Nu is dit heel gunstig. Na ruil op e5 vallen de andere zwarte pionnen er af. 68.Lxe5 g6 69.Lxe5 g6 70.Pd6+ Ke6 71.hxg6 Het is uit. 71.-Tb1 72.Pf7 Tb6 73.Ld4 Ta6 74.Pxh6 en zwart gaf op.


Toch nog een winstpartij voor Ernst op dit NK, hij eindigde (met 3 uit 7) als 6e.
Sinds begin jaren negentig speelt hij al tegen leeftijdsgenoot Van den Doel. Met zwart is het aardig gelijk, met wit tel ik 7.5 uit 9 voor Ernst.

Opgave 3486 was een zelfmat in drie met de nu volgende stand (Milan Vukcevic, Mezija 1996).


Zwart zal Lxd2, met mat, vrijwillig niet doen, maar als dat zijn enige zet is als hij aan de beurt komt, zal hij wel moeten. Het uitschakelen van alle andere zwarte zetten is dan soms de witte strategie. Maar hier probeert wit het eerst met een schaakje op d2: 1.Pe4! dreigt: 2.De2+! Pxd4 3.Pd2+ Lxd2#. Als zwart het paard van d4 wegspeelt kan wit zijn dame daar meestal offeren: 1.-Pd4- ~ 2.Dd4+! Pxd4 3.Pd2+ Lxd2#.
Dat gaat echter niet als het paard vanaf d4 voor zelfpenning op c6 of e6 kiest, maar dan komt die andere strategie in beeld:
1.-Pdxc6 2.exd7+! Te6/Tf7 3.Lxb8!, 1.-Pxe6 2.cxd7+ Pc6 3.Lxe7!, in beide gevallen is Lxd2# de enige zet.

Opgave 3490

Nikolay Nadezhdin
Schach 1988

Wit begint en geeft mat op de 2e zet. Sleutelzet (3 punten) + alle matzetten die wit nodig heeft (1 punt) voor 9 augustus naar:

Dolf Wissmann

Dirk Boutsstraat 53-b

8932 CP Leeuwarden

Dit e-mailadres is beschermd tegen spambots. U heeft Javascript nodig om het te kunnen zien.