Het eerste team van schaakclub Sneek is aan een sterk seizoen in de landelijke clubcompetitie bezig. Leverden de negen wedstrijden in klasse 3A vorig jaar 9 matchpunten op, die score was in het huidige seizoen, ook weer 3A, door nagenoeg het zelfde team al na de 6e ronde overtroffen. Ik weet het zo precies omdat Sneek een nek-aan-nekrace uitvecht met het team waar ik in speel, het eerste van Emanuel Lasker (vroeger Sint Jacobiparochie, tegenwoordig gemakshalve: het Bildt), dat betekent dat het bij ons dit seizoen ook erg goed loopt.
Na de 6e ronde in februari hadden beide teams 11 matchpunten, met in de 48 op dat moment gespeelde partijen, voor Lasker een minimale voorsprong: 30.5 tegen 30. Het onderlinge duel in Sneek stond vorige week in de 7e ronde op het programma, een 'kraker' dus.

Uit de wedstrijd twee voorbeelden waarin de witspeler aan één foutje genoeg leek te hebben.


(bord 2, Selwin Keuning (2028, Sneek) met wit tegen Tjalling Wiersma (2111, Lasker) na 16.Pg4-f6)

Het hele spul staat nog op het bord en dat had nog even zo moeten blijven (16.-Kb8!) vond de zwartspeler achteraf. 16.-Lxf6 17.exf6 Toch is dit nog geen ramp. 17.-Tde8 18.Pf3 Dd8 19.Lf4 Pd6 20.Pe5 g5 21.Pxc6 Pxc6 22.Le5 Opnieuw zo'n afweging: onmiddellijk ruilen op e5 of wachten?! Speelbaar is 22.-Pe4. Na 23.f4! is dan de ruil op e5 niet aantrekkelijk (23.-Pxe5? 24.fxe5!), interessant is wel 23.-h5! 24.Lg2 g4!. Ook het onmiddellijke 22.-h5!? komt in aanmerking. 22.-Pxe5? Maar dit heeft tactische bezwaren. 23.dxe5 Pe4 24.Dd4! De pion op a7 staat in, en op de gebruikelijke remedie, 24.-Kb8, komt 25.f3!. Omdat het paard geen velden heeft moet dan 25.-g4 maar dat leidt na 26.Lxg4! tot groot voordeel voor wit. Na 24.-b6 heeft het paard op c5 een reddingsboei maar voor die zet staat wit helemaal klaar: 25.a5! Kb8 26.b3! en alle lijnen richting zwarte koning gaan open. 24.-Db6 En dit betekent pionverlies, bovendien zorgt het verdwijnen van de pion voor opening van de lange diagonaal over wit. En dat is slechts nieuws voor zwart. 25.Dxd5 Dc6 26.Dd4! Td8 27.Dxa7 Pd2?! 28.Lg2! Dc7 Na 28.-Pf3+ 29.Lxf3 Dxf3 30.a5! wordt de opstomende a-pion zwart fataal. 29.Tfd1 Td7 30.a5! Dxe5 31.a6! b5 32.Da8+ Db8 33.Dc6+ Tc7 34.a7! en zwart gaf op.



(bord 3, Jan Hibma (2046, Lasker) met wit tegen Christian Kuitert (1946, Sneek) na 19.-f7-f5)

Wit lijkt het openingsspel van zwart te hebben afgestraft maar die is na bijvoorbeeld 20.Pc5?! cxd6! enigszins terug in de partij. 20.La6! Maar zo krijgt zwart geen rust. De witte dame dreigt, rechttoe rechtaan, xc6, xc7. Als zwart met 20.-Kb8 pareert betrekt wit al zijn stukken in de aanval: 21.dxc7+ Kxc7 22.Tg7+ Tf7 23.Txf7+ Lxf7 24.Txd8 Kxd8 25.Lxb7 en het is over. 20.-Ld7 Een computer kiest net zo makkelijk voor een serie stille zetten (hier 21.Pc5! etc.) als dat de snelste manier tot vernietiging is, een mens heeft liever schaakjes. 21.Lxb7+! Kxb7 22.Pc5+ Kc8 23.Tg7! Tg8 24.Txg8 Txg8 25.Db3 Tg7 26.Db7+ Kd8 27.dxc7+ en zwart gaf op.
De wedstrijd eindigde uiteraard in 4-4.

Opgave 3468 betrof onderstaande tweezet van Imre Olasz (The Brisbane Courier 1921).

In een mat op 1.-Kxc4 moet wit nog voorzien, 2.Ld3# lijkt waarschijnlijk, er is echter nog een mogelijkheid, zo blijkt na 1.Df1! (ZZ!) uit 1.-Kxc4 2.Lc6#(!). Andere varianten zijn: 1.-Dxf1+/Df2+/Df3+ 2.L(x)f3#, 1.-Dxe4 2.Dd3#, 1.-Dxc4 2.Df6#, 1.-Dxd2 2.Pa4#(!).

Opgave 3473

N. Belchikov & A. Petrusenko

Problem 1977

Wit begint en geeft mat op de 2e zet. Sleutelzet (3 punten) + alle matzetten die wit nodig heeft (1 punt) voor 12 april naar:

Dolf Wissmann

Dirk Boutsstraat 53-b

8932 CP Leeuwarden

Dit e-mailadres is beschermd tegen spambots. U heeft Javascript nodig om het te kunnen zien.